De Verenigde Staten onderweg als het Romeinse Rijk van de 21ste eeuw

De nieuwe politiek van de Amerikaanse regering onder president Bush baart velen zorgen. En terecht. Nooit eerder was het centraal stellen van militaire macht zo dominant in de politiek in een periode waarin er in feite geen grootschalige militaire uitdaging voor de Verenigde Staten bestaat. De militaire fixatie domineert bij de bestrijding van terrorisme, bij het in leven roepen van een raketschild tegen een klein aantal landen die voor de USA militaire dwergen zijn, en nu ook bij de plannen tot militarisering van de ruimte. Het lijkt de gewoonste zaak van de wereld dat na land, zee en lucht nu ook de ruimte als vierde dimensie voor het militaire apparaat gekoloniseerd gaat worden. Wel te verstaan: niet voor verbindingen en waarnemingen, maar om er daadwerkelijk wapens te installeren. En dat is een novem. En de rest van de wereld kijkt, al dan niet knarsetandend, machteloos toe. De USA is immers de enig overgebleven supermacht, en dat zullen we weten ook.

Momenteel worden vanuit Pugwash pogingen gedaan om in Den Haag een seminarium over de militarisering van de ruimte te houden. Daarover volgt hierna een artikel van Bart van der Sijde.

BALLISTIC MISSILE DEFENCE EN DE MILITARISERING VAN DE RUIMTE
door Bart van der Sijde

Politieke situatie rond BMD

In de nucleaire geschiedenis is bij de pogingen om de wapenwedloop enigszins te beperken een merkwaar­dig initiatief ontstaan, dat zijn neerslag heeft gevonden in het Anti-Ballistic Missile Verdrag (ABM verdrag): een erkenning van wederzijdse kwetsbaarheid van de VS en de Sovjetunie in 1972 door af te zien van de bescherming van de bevolking (door de Sovjetunie) en van de nucleaire wapenparken (door de VS). Deze politiek is nooit erg stabiel geweest van de kant van de VS. Hij is bevochten in de jaren zestig, met het ABM verdrag als eindresultaat, hij is door Reagan verlaten met zijn SDI plannen en nu, na de Koude Oorlog weer opnieuw getorpedeerd door de Republikeinse meerderheid onder Clinton en door de regering Bush.

Sinds eind 2001 is de opzegging van het ABM verdrag door de VS een feit en staan vanaf dit jaar het land geen juridische obstakels meer in de weg om daadwerkelijk met de opbouw van een Ballistic Missile Defence (BMD) systeem te beginnen. De opzegging is vooral door Rusland en China (hoewel dit land geen partner bij het verdrag is) aangevochten, maar is ook in Europa bepaald niet met gejuich begroet. Het Amerikaanse argument dat het Verdrag een verouderd instrument uit de Koude Oorlog is wordt elders niet beaamd. De doelstelling van verdediging tegen raketten is wel veranderd: bescherming van de bevolking in plaats van bescherming van “second strike” kernwapens, en de vijand is (zegt men) ook van identiteit veranderd: Noord-Korea, Iran en Irak in plaats van de Sovjetunie/Rusland en China. Het vasthouden aan het bouwen van een BMD heeft ook complicerende gevolgen voor de kernontwapening. Misschien een extra partiële ontwapening bij de VS, maar waarschijnlijk bij China een extra nucleaire bewapeningsronde. Bij Rusland wordt de omvang eerder door financiële en technische beperkingen bepaald dan enthousiasme om met BMD tot ontwapening over te gaan. Verdragen over ontwapening wil de VS niet meer sluiten. Het negeert daardoor een essentieel onderdeel van het Non-proliferatieverdrag. Het past bij de nieuwe politieke cultuur van het land waarbij het in een lange rij van afgesloten of af te sluiten internationale verdragen een negatieve rol speelt. Het kernstopverdrag is er één van.

Technologische situatie rond BMD

Ondertussen zijn een aantal gelukte en ook een aantal niet gelukte proeven in het kader van het National Missile Defence project van Clinton (NMD) en het BMD project van Bush uitgevoerd. Ook bij de gelukte proeven (vernietiging van een doel in de ruimte door een raket) is er sprake van een zeer beperkte doelstelling (zie de zeven genoemde punten hieronder) en er is dus nog lang geen sprake van een reële gevechtssituatie. In dit verband is het Coyle rapport met fundamentele, technische kritiek op het NMD programma van Clinton van belang. Een samenvatting daarvan is via het Amerikaanse Congres in juni 2001 beschikbaar gekomen (na lange tegenwerking van het Pentagon) en laat een groot aantal punten van kritiek zien:

1. De onrijpheid van de plannen is zo groot dat nog geen realistische plaatsingsdata voor onderdelen van het systeem kunnen worden gegeven.

2. Er zijn nog geen testen gehouden tegen realistische tegenmaatregelen (tegen zog. decoys).

3. Er is nog geen antwoord gevonden op niet bedoelde lanceringen van Rusland en China.

4. Er zijn nog geen testen gehouden tegen aanvallen met meerdere raketten tegelijk.

5. De plannen die ten aanzien van “decoys” bestonden zijn drastisch vereenvoudigd, van tien naar één, een grote vereenvoudiging van de doelstellingen dus.

6. Het uitrusten van testen en simulaties met a priori informatie van het doel zoals tijd, baan en lanceringsplaats, waardoor een gelukte proef onder die omstandigheden nog weinig zegt over een reële situatie.

7. Nog geen testen op ongewenste lanceringen ten gevolge van zogeheten “phantom tracks”, niet realistische radarbeelden, zelfs niet bij simulatieproeven.

Deze kritiek gold dus al het veel beperktere NMD programma van Clinton dat voorzag in een beperkt aantal onderscheppinginstallaties op het land om raketten en projectielen in het middengedeelte van de raketbaan aan te pakken. Voor het veel uitgebreidere BMD zal het des te meer gelden. Het is echter goed zich hierop niet blind te staren. Het Coyle rapport spreekt niet van onmogelijkheden maar van onzekerheden en meer tijd die nodig is. Politiek gesproken is het BMD een feit. De technologie zal hooguit vertraging veroorzaken.

Politieke situatie rond de Militarisering van de Ruimte

Centraal staat hier het Vision for 2020 document van het United States Space Command, een zeer globaal document, dat niettemin overduidelijk de Amerikaanse visie voor het militair gebruik van de ruimte, inclusief het opstellen van wapens daarin en het aanvallen van satellieten in de ruimte etc. weergeeft. Op een meeslepende wijze probeert men uitbreiding van militarisering naar de vierde dimensie geloofwaardig te maken, na het land, de zee en de lucht moet nu ook de ruimte het domein van de militairen worden. Onvermeld blijft (uiteraard) het Ruimteverdrag dat stationering van massavernietigingswapens in de ruimte verbiedt en de wens van diverse landen dit verdrag uit te breiden tot alle soorten wapens. Het meest verontrustende van Vision for 2020 is de vanzelfsprekendheid waarmee militarisering van de Ruimte wordt voorgesteld als een legitiem doel door een land dat kennelijk meer en meer zijn heil zoekt in militaire middelen om zijn politieke wil op te leggen aan de rest van de wereld, in het bijzonder niet-bondgenoten. We proeven in Europa een andere geest, in ieder geval de politieke wil om in het kader van de VN vredesmissies uit te voeren en zo bij te dragen tot stabiliteit in deze wereld. Een steeds groter gat tussen de politieke aspiraties van de VS en Europa dreigt.

Technologische situatie rond de Militarisering van de Ruimte

Met betrekking tot de Ruimte is het wellicht goed om een onderscheid te maken tussen een zekere mate van Militarisering van de Ruimte die al lang gaande is en de meer specifieke plaatsing van wapens (weaponization). Bij algemene militarisering is te denken aan tal van vormen van gebruik van de Ruimte die al sinds jaar en dag wordt toegepast (deels naast parallel civiel gebruik), zoals 1) weervoorspellingen, 2) navigatie van satellieten met GPS, 3) gebruik van infrarood satellieten (met doelobservatie), 4) communicatiesatellieten, 5) geodetische satellieten voor begeleiding van kruisraketten, 6) herkenningssatellieten (van bosbranden tot militaire objecten) en 7) spionage satellieten voor afluisterdoeleinden.

Ik ga hier niet in op het nuttige of te bekritiseren gebruik van de ruimte in deze gevallen.Meer specifieke “Weaponization” houdt echter een verdergaande fase in:

  • het plaatsen van wapens in de Ruimte en
  • het gebruik van deze wapens tegen satellieten, raketten en gronddoelen.

Daarmee is de Ruimte ingeschakeld als actief medium in de oorlogvoering, terwijl de andere taken als passief gebruik van de Ruimte kunnen worden gespecificeerd. Het is een ontwikke­ling die waarschijnlijk lange tijd alleen openstaat voor de VS en die daardoor de politieke tegenstellingen in de wereld zal bevorderen. In technologisch opzicht is er een grote samenhang tussen BMD en militarisering (weaponi­zation) van de Ruimte te constateren. Het één gaat naadloos in het ander over en BMD kan dus gezien worden als een belangrijke opstap naar de militarisering van de Ruimte.

Laat een bericht achter