De situatie omtrent Irak verandert snel en wordt steeds grimmiger met de dreiging van een zeer omstreden preventief militair ingrijpen, en in strijd met een moderne internationale rechtsorde. Hierna volgt de brief die door het bestuur van Pugwash Nederland is verzonden naar de Minister President, de Minister van Buitenlandse Zaken en de fracties in de Tweede Kamer. Het betreft het regeringsstandpunt, ondersteund door een meerderheid van de Tweede Kamer, inhoudend dat Nederland achter een aanval van de Verenigde Staten op Irak zou staan, zelfs als er geen instemmende resolutie door de Verenigde Naties werd aangenomen. Er is tot nu toe nog geen respons van de geadresseerden ontvangen.
Brief aan de Minister-President, aan de Minister van Buitenlandse Zaken en aan de Fractievoorzitters van de politieke partijen in de Tweede Kamer.
Het Bestuur van Pugwash Nederland acht het zijn plicht U te benaderen inzake de kwestie-Irak die momenteel de internationale politiek beheerst. Pugwash Nederland is, zoals bekend, de Nederlandse afdeling van Pugwash, de wereldwijde organisatie voor “Science and Public Affairs” die samen met Joseph Rotblat (één van de oprichters) in 1995 de Nobelprijs voor de Vrede ontving.
Bij de toetsing van het voornemen van de V.S. mogelijk over te gaan tot eenzijdige oorlogshandelingen tegen Irak is het kernpunt dat er volgens het geldende internationaal recht inzake toelaatbare causae belli hiervoor geen rechtsgrond bestaat. Dit werd kortgeleden nog bevestigd door de oud-minister van Buitenlandse Zaken van de Verenigde Staten, Henri Kissinger. Inzake een mogelijke eenzijdige actie maakte deze immers duidelijk te betreuren dat: “ … the notion of justified pre-emption runs counter to modern international law, which sanctions the use of force in self-defence only against actual – not potential – threats” (National Post, 13 aug.2002, Nat.Edition blz A16)
Wij stellen dan ook vast dat het, binnen het geldende internationaal recht, aan de Veiligheidsraad toekomt te beoordelen of de dreiging van het bezit van en eventueel gebruik van massavernietigingswapens door Irak, en het niet onvoorwaardelijk toelaten van wapeninspecteurs, al of niet een “actual threat” en derhalve een acceptabele “causa belli” is. Zonder een resolutie waarin dit wordt vastgelegd, moet men er dan ook van uitgaan dat er – hooguit – sprake is van een ‘potentiële dreiging’ van de kant van Irak met betrekking tot de Verenigde Staten.
Door zich uit te spreken voor ‘wenselijkheid’ in plaats van ‘noodzaak’ van een door de Veiligheidsraad aanvaarde resolutie inzake een militaire actie tegen Irak bewijst Nederland het internationaal recht een slechte dienst; en wel in een tijd waarin dit recht – dat mede de basis moet vormen voor de strijd tegen internationaal machtsmisbruik – dringend gediend is met ondubbelzinnige en niet aflatende steun ten einde verdere uitholling van de internationale rechtsorde te voorkomen.
Dd 12 sept.2002
Het bestuur van Pugwash Nederland